Wat is Zero Trust versus VPN?

Zero Trust en VPN zijn beide benaderingen voor het beveiligen van netwerkcommunicatie, maar verschillen aanzienlijk in hun principes en implementatie:

Zero Trust richt zich op het principe om geen enkele entiteit of apparaat standaard te vertrouwen, zowel binnen als buiten de netwerkperimeter. Het gaat ervan uit dat bedreigingen afkomstig kunnen zijn van zowel interne als externe bronnen en vereist strikte verificatie en authenticatie van alle gebruikers, apparaten en applicaties die proberen verbinding te maken met het netwerk. Zero Trust-architecturen maken vaak gebruik van op identiteit gebaseerde toegangscontroles, microsegmentatie en continue monitoring om een ​​strikt beveiligingsbeleid af te dwingen.

Een Virtual Private Network (VPN) is daarentegen een technologie die een veilige, gecodeerde tunnel creëert tussen het apparaat (of netwerk) van een gebruiker en een privénetwerk via een openbaar netwerk zoals internet. VPN’s worden doorgaans gebruikt om veilig externe toegang tot interne bronnen te bieden. Ze authenticeren gebruikers en coderen gegevens om deze tijdens de overdracht te beschermen tegen onderschepping of manipulatie door ongeautoriseerde partijen.

Het belangrijkste verschil tussen VPN en Zero Trust ligt in hun reikwijdte en onderliggende beveiligingsfilosofie. VPN beveiligt het communicatiekanaal tussen een gebruiker en een netwerk, maar dwingt niet inherent de Zero Trust-principes af. Het richt zich primair op het beveiligen van gegevens die onderweg zijn en het bieden van externe toegang tot netwerkbronnen. Zero Trust legt daarentegen de nadruk op continue authenticatie, strikte toegangscontroles en minimale vertrouwensaannames bij alle netwerkinteracties, ook binnen het interne netwerk.

VPN is niet synoniem met Zero Trust, omdat VPN’s in de eerste plaats communicatiekanalen beveiligen en veilige toegang op afstand bieden, maar de Zero Trust-principes niet volledig naleven. VPN’s gaan doorgaans uit van een niveau van vertrouwen zodra een gebruiker zich heeft geauthenticeerd en een veilige tunnel heeft opgezet, wat mogelijk niet strookt met de filosofie van Zero Trust van voortdurende verificatie en toegang met de minste bevoegdheden.

ZTNA (Zero Trust Network Access) is een beveiligingsaanpak die de Zero Trust-principes uitbreidt om de toegang tot specifieke applicaties of bronnen te controleren op basis van contextuele factoren zoals gebruikersidentiteit, apparaatbeveiliging en locatie. ZTNA streeft ernaar gedetailleerdere en adaptievere toegangscontroles te bieden in vergelijking met traditionele VPN’s, die na authenticatie vaak brede toegang bieden. Hoewel ZTNA VPN’s aanvult door de toegangsbeveiliging te verbeteren, hangt de vraag of het VPN’s volledig zal vervangen af ​​van de behoeften van de organisatie en de beveiligingsvereisten.

Het Zero Trust-concept is een beveiligingsframework dat het traditionele beveiligingsmodel van ‘vertrouwen maar verifiëren’ uitdaagt door aan te nemen dat bedreigingen zowel binnen als buiten de netwerkperimeter kunnen bestaan. Het pleit voor voortdurende verificatie van de betrouwbaarheid van alle gebruikers, apparaten en applicaties die proberen verbinding te maken met bronnen, ongeacht hun locatie. Zero Trust-architecturen omvatten doorgaans principes zoals strikte toegangscontroles, toegang met minimale bevoegdheden, microsegmentatie, encryptie en continue monitoring om het risico op ongeautoriseerde toegang en datalekken te minimaliseren. Het doel van Zero Trust is om de netwerkbeveiliging te verbeteren door de afhankelijkheid van perimetergebaseerde verdedigingen te verminderen en ervan uit te gaan dat bedreigingen overal vandaan kunnen komen, waardoor uitgebreide beveiligingsmaatregelen op alle niveaus van netwerktoegang nodig zijn.