MPLS, of Multi-Protocol Label Switching, is een netwerktechnologie die wordt gebruikt om datapakketten efficiënt langs een netwerk te sturen met behulp van labels. Deze labels vervangen traditionele IP-routeringstabellen, waardoor snellere en schaalbaardere pakketdoorsturing mogelijk is op basis van labelinformatie in plaats van IP-adressen.
MPLS werkt door labels toe te wijzen aan datapakketten bij de ingangsrouter wanneer deze het MPLS-netwerk binnenkomen. Deze labels bepalen het doorstuurpad door het netwerk en creëren virtuele circuits die Label Switched Paths (LSP’s) worden genoemd. Tussenliggende routers langs het pad gebruiken deze labels om pakketten snel naar hun bestemming te schakelen, zonder dat er bij elke hop complexe IP-zoekopdrachten nodig zijn.
Er zijn drie soorten MPLS:
- MPLS LDP (Label Distribution Protocol): gebruikt LDP om labels te distribueren en LSP’s tot stand te brengen op basis van routeringsinformatie.
- MPLS RSVP-TE (Resource Reservation Protocol – Traffic Engineering): Maakt expliciete routeconfiguratie en bandbreedtereservering mogelijk voor verkeerstechnische doeleinden.
- MPLS Segment Routing: Stuurt pakketten door het netwerk met behulp van een lijst met instructies die zijn gecodeerd in de pakketheader, ook wel segmenten genoemd.
De drie MPLS-labelbewerkingen zijn:
- Push: Een nieuw label toevoegen aan een binnenkomend pakket.
- Pop: Het bovenste label van een pakket verwijderen voordat het wordt doorgestuurd.
- Wisselen: het bovenste label van een binnenkomend pakket uitwisselen met een nieuw label.
De basisprincipes van IP MPLS omvatten de integratie van MPLS met IP-netwerken om de efficiëntie en schaalbaarheid van routerings- en verkeersbeheer te verbeteren. Het combineert de flexibiliteit van IP-routing met de snelheid en eenvoud van MPLS-labelwisseling en biedt verbeterde Quality of Service (QoS)-mogelijkheden en verkeerstechnische functionaliteiten voor moderne netwerkomgevingen.