Wat is de BSIC-combinatie in GSM?

Bij GSM (Global System for Mobile Communications) is de BSIC (Base Station Identity Code) een combinatie van twee componenten: de NCC (Network Color Code) en de BCC (Base Station Color Code). De BSIC identificeert op unieke wijze een GSM-basisstation en speelt een cruciale rol bij celselectie en overdrachtsprocedures binnen het netwerk.

BSIC Combinatiecomponenten:

  1. Netwerkkleurcode (NCC):
    • Beschrijving: NCC is een 3-bits code die de netwerkidentiteit vertegenwoordigt. Er wordt onderscheid gemaakt tussen verschillende GSM-operatoren binnen een geografisch gebied.
    • Waarden: De NCC kan waarden van 0 tot 7 aannemen, waardoor er acht mogelijke netwerkkleurcodes beschikbaar zijn.
  2. Kleurcode basisstation (BCC):
    • Beschrijving: BCC is een 3-bits code die de identiteit van het basisstation binnen een specifiek netwerk vertegenwoordigt. Er wordt onderscheid gemaakt tussen naburige basisstations die dezelfde NCC gebruiken.
    • Waarden: De BCC kan waarden van 0 tot 7 aannemen en biedt acht mogelijke basisstationkleurcodes.

BSIC-formaat:

  • De BSIC wordt gevormd door de NCC en BCC aan elkaar te koppelen. De NCC bezet de bits van hogere orde, gevolgd door de BCC in de bits van lagere orde.
  • Het BSIC-formaat wordt uitgedrukt als “NCC:BCC”, waarbij NCC de netwerkkleurcode vertegenwoordigt en BCC de kleurcode van het basisstation vertegenwoordigt.

Voorbeeld:

  • Als een GSM-basisstation een NCC van 3 en een BCC van 5 heeft, wordt de BSIC voor dat basisstation uitgedrukt als “3:5.”
  • De BSIC-combinatie “3:5” identificeert op unieke wijze het specifieke GSM-basisstation binnen het netwerk.

Rol van BSIC:

  • Celselectie: Mobiele apparaten gebruiken de BSIC tijdens het celselectieproces om aangrenzende cellen te identificeren en te differentiëren. De BSIC helpt mobiele apparaten de uniciteit van omliggende basisstations te bepalen.
  • Overdrachtsprocedures: Tijdens overdracht tussen cellen wordt de BSIC gebruikt om de doelcel te identificeren. Het mobiele apparaat vergelijkt BSIC-waarden om de beste kandidaat voor overdracht te bepalen.
  • Interferentiebeheer: BSIC helpt bij het beheren van interferentie tussen aangrenzende cellen met dezelfde frequentie. De combinatie van NCC en BCC zorgt ervoor dat aangrenzende basisstations verschillende identificatiecodes hebben.
  • Netwerkplanning: Netwerkexploitanten gebruiken BSIC-informatie voor netwerkplanning en -optimalisatie, waardoor een efficiënt gebruik van bronnen wordt gegarandeerd en interferentie wordt geminimaliseerd.

Samenvattend bestaat de BSIC-combinatie in GSM uit de Network Color Code (NCC) en de Base Station Color Code (BCC), samengevoegd in een specifiek formaat. De BSIC identificeert elk GSM-basisstation op unieke wijze en speelt een cruciale rol bij celselectie, overdrachtsprocedures, interferentiebeheer en netwerkplanning binnen het GSM-netwerk.