Wat is NIC en hoe werkt het?

Een NIC (Network Interface Card) is een hardwarecomponent waarmee computers en andere apparaten verbinding kunnen maken met een netwerk. Het wordt doorgaans in een computer geïnstalleerd en zorgt voor de fysieke interface tussen de computer en het netwerkmedium, zoals Ethernet-kabels of draadloze signalen. NIC’s bevatten een netwerkcontroller of chipset die de verzending en ontvangst van datapakketten beheert, waarbij digitale gegevens van de computer worden omgezet in signalen die geschikt zijn voor verzending via het netwerk en omgekeerd. NIC’s ondersteunen verschillende netwerkprotocollen en standaarden, waardoor apparaten kunnen communiceren en gegevens kunnen uitwisselen binnen een lokaal netwerk (LAN) of verbinding kunnen maken met internet.

Een netwerkdochterkaart (NDC), ook wel bekend als een netwerkinterfacecontroller (NIC)-uitbreidingskaart, is een gespecialiseerde vorm van NIC die is ontworpen voor gebruik in servers of krachtige computeromgevingen. In tegenstelling tot standaard NIC’s, die zijn geïntegreerd in het moederbord of het hoofdsysteembord van een computer, zijn NDC’s modulaire kaarten die in speciale uitbreidingssleuven op servers of computerapparatuur kunnen worden geplaatst. NDC’s bieden verbeterde netwerkmogelijkheden, zoals meerdere Ethernet-poorten, geavanceerde functies zoals hardware-offloading voor netwerkverwerkingstaken en compatibiliteit met specifieke serverconfiguraties en netwerkvereisten. Ze worden vaak gebruikt in datacenters en bedrijfsomgevingen om de netwerkmogelijkheden uit te breiden en de serverprestaties te optimaliseren.

Een NIC (Network Interface Card) en een modem dienen verschillende doeleinden in computernetwerken. Een NIC is een hardwareapparaat dat een computer of apparaat met een netwerk verbindt, waardoor het gegevenspakketten via het netwerkmedium kan verzenden en ontvangen, zoals Ethernet-kabels of draadloze signalen. NIC’s ondersteunen verschillende netwerkprotocollen en standaarden en zijn essentieel om apparaten in staat te stellen te communiceren binnen een lokaal netwerk (LAN) of verbinding te maken met internet.

Een modem (modulator-demodulator) is daarentegen een apparaat dat digitale gegevens moduleert en demoduleert in analoge signalen die geschikt zijn voor verzending via telefoonlijnen, kabelsystemen of andere communicatiekanalen. Modems worden gebruikt om internetconnectiviteit tot stand te brengen door digitale signalen van een computer of netwerkapparaat om te zetten in analoge signalen die via telefoonlijnen of kabelnetwerken naar internetproviders (ISP’s) kunnen worden verzonden. Modems vergemakkelijken de verbinding tussen het apparaat van een gebruiker en de netwerkinfrastructuur van de ISP, waardoor toegang tot internet en andere onlinediensten mogelijk wordt.