Wi-Fi verwijst naar een draadloze technologie waarmee apparaten zoals smartphones, laptops en tablets draadloos verbinding kunnen maken met een lokaal netwerk (LAN), doorgaans binnen een beperkt bereik van een paar honderd meter. Hierdoor kunnen deze apparaten met elkaar communiceren en toegang krijgen tot bronnen op het netwerk zonder dat er fysieke bekabelde verbindingen nodig zijn.
Het internet daarentegen is een mondiaal netwerk van onderling verbonden computers en netwerken dat de hele wereld omspant. Het geeft apparaten die erop zijn aangesloten toegang tot een breed scala aan bronnen, zoals websites, e-maildiensten, online streamingplatforms en meer, via verschillende protocollen en diensten zoals HTTP, FTP en DNS.
Wi-Fi en internet zijn niet hetzelfde. Wi-Fi biedt lokale netwerkconnectiviteit binnen een specifiek gebied, terwijl internet wereldwijde connectiviteit biedt voor toegang tot bronnen en diensten buiten het lokale netwerk.
Afhankelijk van je wensen heb je niet per se zowel internet als wifi nodig. Als u alleen wilt communiceren of gegevens wilt delen tussen apparaten binnen een lokaal gebied, kan alleen Wi-Fi voldoende zijn. Als u echter toegang wilt krijgen tot onlinediensten, websites en bronnen buiten uw lokale netwerk, heeft u een internetverbinding nodig, die bekabeld (bijvoorbeeld Ethernet) of draadloos (bijvoorbeeld via een Wi-Fi-router die is verbonden met een ISP) kan zijn.
Ja, u kunt Wi-Fi hebben zonder internet. Dankzij Wi-Fi-technologie kunnen apparaten verbinding maken met een lokaal netwerk voor communicatie en het delen van bronnen, zelfs als dat netwerk niet is verbonden met het bredere internet. Dit scenario komt vaak voor in omgevingen zoals thuisnetwerken waar apparaten lokaal met elkaar kunnen communiceren via Wi-Fi zonder dat ze internettoegang nodig hebben.