Wat is traceroute versus ping?

Traceroute versus Ping: Traceroute en Ping zijn beide netwerkdiagnostische hulpmiddelen die worden gebruikt om verbindingsproblemen op te lossen en informatie te verzamelen over netwerkpaden en latentie, maar ze dienen verschillende doeleinden. Ping verzendt ICMP-echoverzoekpakketten naar een doelhost of IP-adres en meet de round-trip time (RTT) voor de pakketten om de bestemming te bereiken en terug te keren. Het controleert of een host bereikbaar is en biedt basisinformatie over netwerklatentie en pakketverlies.

Doel van Ping en Traceroute: Ping wordt voornamelijk gebruikt om de connectiviteit tussen twee netwerkapparaten te testen en te verifiëren door ICMP-echoverzoeken te verzenden en ICMP-echoantwoorden te ontvangen. Het helpt bepalen of een bestemmingshost of IP-adres bereikbaar is en meet de netwerklatentie. Traceroute daarentegen traceert de route die pakketten afleggen van het lokale systeem naar een gespecificeerde bestemming, waarbij elke hop (router) langs het pad wordt weergegeven, evenals de retourtijd (RTT) om elke hop te bereiken. Het helpt bij het diagnosticeren van netwerkpadproblemen, het identificeren van netwerklatentie of pakketverlies, en het oplossen van verbindingsproblemen tussen het lokale systeem en een externe host of server.

Belangrijkste verschil tussen Traceroute en Ping: De belangrijkste verschillen tussen Traceroute en Ping zijn onder meer:

  1. Functionaliteit: Ping verifieert de bereikbaarheid en meet de latentie tussen twee punten door ICMP-echoverzoeken te verzenden en antwoorden te ontvangen. Traceroute traceert het volledige pad dat pakketten afleggen van het lokale systeem naar een bestemming, en toont elke hop onderweg.
  2. Output: Ping biedt doorgaans eenvoudige uitvoer die de bereikbaarheid en retourtijd naar een specifieke host of IP-adres aangeeft. Traceroute geeft een gedetailleerde lijst van routers (hops) weer, samen met hun IP-adressen en RTT-waarden, en biedt inzicht in het pad dat pakketten door het netwerk afleggen.
  3. Diagnostisch gebruik: Ping is handig voor basisconnectiviteitscontroles en latentiemetingen. Traceroute is essentieel voor het diagnosticeren van routeringsproblemen, het identificeren van netwerkknelpunten en het lokaliseren van specifieke storingspunten of congestie langs een netwerkpad.

Verschil tussen Ping, Record Route en Traceroute: Ping met Record Route en Traceroute zijn beide hulpmiddelen die worden gebruikt om netwerkpaden te traceren, maar ze werken anders:

    Met

  • Ping with Record Route kan de afzender specificeren dat routers langs het pad hun IP-adressen moeten opnemen in het ICMP-echo-antwoordpakket. Deze functie wordt door sommige netwerkapparaten ondersteund en kan worden gebruikt om een ​​gedeeltelijk pad van routers te verkrijgen waar ICMP-pakketten doorheen gaan.
  • Traceroute is een standaardtool die UDP- of ICMP-pakketten met toenemende TTL-waarden (Time-To-Live) verzendt om ICMP Time Exceeded-berichten van tussenliggende routers te ontlokken. Het onthult systematisch elke sprong op het pad naar een bestemming en biedt RTT-metingen voor elke sprong. Traceroute wordt breed ondersteund en gebruikt voor het diagnosticeren van routeringsproblemen en netwerkprestatieproblemen.