Wat is SSH en SSL?

SSH (Secure Shell) en SSL (Secure Sockets Layer) zijn cryptografische protocollen die worden gebruikt om de communicatie via netwerken te beveiligen, maar ze dienen verschillende doeleinden en werken op verschillende lagen van de netwerkstack. SSH wordt voornamelijk gebruikt voor het veilig benaderen en beheren van externe computers of servers via een onveilig netwerk. Het biedt gecodeerde communicatiekanalen, authenticatiemechanismen en veilige mogelijkheden voor externe toegang, waardoor gebruikers opdrachten kunnen uitvoeren, bestanden veilig kunnen overbrengen en netwerkbronnen op afstand kunnen beheren.

SSH wordt vaak gebruikt voor veilig beheer op afstand, bestandsoverdracht (via tools zoals SCP en SFTP) en tunnelingtoepassingen (zoals port forwarding). Het codeert gegevens die worden verzonden tussen de client (SSH-client) en de server (SSH-server), waardoor afluisteren en ongeautoriseerde toegang tot gevoelige informatie of opdrachten die tijdens de sessie worden uitgewisseld, worden voorkomen.

Het belangrijkste verschil tussen SSH en HTTPS ligt in de beoogde gebruiksscenario’s en de lagen van het OSI-model waarin ze opereren. SSH werkt op de applicatielaag (laag 7) en biedt veilige externe toegang en beheermogelijkheden via netwerken. Het codeert gegevens en authenticeert gebruikers en servers om veilige communicatie te garanderen.

SSL (Secure Sockets Layer) en zijn opvolger TLS (Transport Layer Security) zijn cryptografische protocollen die werken op de transportlaag (Layer 4) van het OSI-model. SSL/TLS wordt gebruikt om de communicatie tussen clients en servers via internet te beveiligen, meestal in webbrowsers voor HTTPS-verbindingen. SSL/TLS-protocollen coderen gegevens die worden verzonden tussen de client (webbrowser) en de server (webserver), waardoor de vertrouwelijkheid en integriteit van de gegevens die worden uitgewisseld tijdens webbrowsersessies worden gegarandeerd.

SSL staat voor Secure Sockets Layer. Het werd oorspronkelijk in de jaren negentig door Netscape ontwikkeld om de communicatie via internet te beveiligen. SSL is sindsdien verouderd ten gunste van zijn opvolger, TLS (Transport Layer Security), die vergelijkbare functionaliteit biedt met verbeteringen in de beveiliging en cryptografische algoritmen. TLS wordt tegenwoordig veel gebruikt om de communicatie tussen clients en servers te beveiligen in verschillende toepassingen, waaronder surfen op het web, e-mail, berichtenuitwisseling en meer.

SSH vereist geen SSL-certificaat voor de werking ervan. In plaats daarvan vertrouwt SSH op zijn eigen set cryptografische sleutels en certificaten voor het authenticeren van servers en clients tijdens het tot stand brengen van een beveiligde verbinding. Wanneer een client verbinding maakt met een SSH-server, wisselen beide partijen cryptografische sleutels uit en verifiëren ze elkaars identiteit met behulp van deze sleutels. Dit proces garandeert de integriteit en authenticiteit van de communicatie zonder afhankelijk te zijn van SSL-certificaten die doorgaans worden gebruikt in beveiligde webverbindingen zoals HTTPS.