De SWR staande golfverhouding, of Standing Wave Ratio (SWR), meet hoe effectief radiofrequentievermogen wordt overgedragen van een bron via een transmissielijn naar een belasting. Het is de verhouding tussen de amplitude van de maximale spanning en de amplitude van de minimale spanning in het staande golfpatroon langs de transmissielijn. Een hoge SWR duidt op een slechte impedantie-aanpassing en een aanzienlijk gereflecteerd vermogen, terwijl een lage SWR duidt op een betere impedantie-aanpassing en een efficiënte vermogensoverdracht.
Wat betekent staande golfverhouding?
De staande golfverhouding (SWR) vertegenwoordigt de verhouding van de amplitude van de maximale spanning tot de amplitude van de minimale spanning in een staande golfpatroon langs een transmissielijn. Het geeft een maatstaf voor hoe goed de impedantie van de belasting overeenkomt met de impedantie van de transmissielijn. Een lage SWR duidt op een goede impedantieaanpassing en efficiënte vermogensoverdracht, terwijl een hoge SWR duidt op een mismatch en meer gereflecteerd vermogen.
Welke van de volgende kan niet de staande golfverhouding SWR zijn? Staande golfverhoudingen (SWR) kunnen niet minder zijn dan 1:1. Een SWR van 1:1 vertegenwoordigt een perfecte impedantie-aanpassing zonder gereflecteerd vermogen. Elke waarde boven 1:1 is acceptabel, maar een SWR van 0:1 of negatieve waarden zijn fysiek niet mogelijk.
De term staande golf verwijst naar het patroon van golven die op een vaste positie op een transmissielijn blijven als gevolg van interferentie tussen de voorwaartse en gereflecteerde golven. Dit patroon creëert knooppunten (punten met minimale spanning) en antinodes (punten met maximale spanning) langs de lijn. Staande golven zijn het resultaat van impedantie-mismatches en kunnen leiden tot inefficiënties in de krachtoverdracht.
Wat moet de VSWR-waarde zijn?
De ideale VSWR-waarde moet zo dicht mogelijk bij 1:1 liggen, wat een perfecte impedantie-matching met minimaal gereflecteerd vermogen aangeeft. In praktische scenario’s wordt een VSWR van 1,5:1 of lager vaak als acceptabel beschouwd. Hogere waarden duiden op een aanzienlijke impedantie-mismatch, wat kan leiden tot verminderde prestaties en een groter vermogensverlies.