Wat is de firewallstandaard voor webapplicaties versus WAF?

Web Application Firewall (WAF)-standaard verwijst naar een reeks beveiligingsmaatregelen en -praktijken die worden gebruikt om webapplicaties te beschermen tegen verschillende cyberbedreigingen en aanvallen. Meestal gaat het om het implementeren van beveiligingsbeleid, zoals het filteren van HTTP-verzoeken en -reacties, het inspecteren van verkeer op verdachte patronen en het in realtime blokkeren van kwaadaardige activiteiten.

Het verschil tussen Azure Web Application Firewall Standard en WAF ligt in hun specifieke implementaties binnen het Azure-cloudplatform. Azure WAF Standard is een specifieke service die wordt aangeboden door Microsoft Azure en die bescherming biedt voor webtoepassingen die worden gehost op Azure Application Gateway. Het bevat functies zoals OWASP-regelsets, botbescherming en aanpassingsopties voor het effectief beheren van de beveiliging van webverkeer.

WSA (Web Security Appliance) en WAF (Web Application Firewall) dienen verschillende doelen op het gebied van cyberbeveiliging. WSA is een beveiligingsapparaat dat is ontworpen om netwerken te beschermen tegen verschillende internetbedreigingen, waaronder malware, phishing en andere webgebaseerde aanvallen. Het werkt op netwerkniveau en filtert verkeer voordat het interne systemen bereikt. WAF is daarentegen specifiek gericht op het beschermen van webapplicaties tegen aanvallen zoals SQL-injectie, cross-site scripting (XSS) en andere kwetsbaarheden in de applicatielaag. Het werkt op de applicatielaag en inspecteert en filtert HTTP-verzoeken en -antwoorden.

WAF v2 (Web Application Firewall versie 2) en standaard WAF (Web Application Firewall-standaard) verschillen qua functies en mogelijkheden. WAF v2 biedt doorgaans verbeterde prestaties, schaalbaarheid en extra functies in vergelijking met de standaardversie. Het kan een verbeterd regelbeheer, een betere integratie met cloud-native services en meer geavanceerde mogelijkheden voor detectie en beperking van bedreigingen omvatten, waardoor het geschikt wordt voor grotere en complexere webapplicatie-omgevingen.

Er zijn twee hoofdtypen firewalls voor webtoepassingen: netwerkgebaseerde WAF’s en hostgebaseerde WAF’s. Netwerkgebaseerde WAF’s worden ingezet aan de netwerkrand of voor webservers en inspecteren het verkeer voordat het de webapplicatie bereikt. Ze bieden gecentraliseerde bescherming voor meerdere applicaties, maar kunnen door hun plaatsing latentie veroorzaken. Hostgebaseerde WAF’s worden daarentegen op individuele webservers of als onderdeel van de webapplicatie zelf geïnstalleerd. Ze bieden gedetailleerde controle en inzicht in het verkeer op de applicatielaag, maar vereisen beheer op elke host waar ze worden ingezet. Beide typen zijn bedoeld om webapplicaties te beschermen tegen verschillende cyberdreigingen door inkomend en uitgaand verkeer te filteren en te monitoren.

Hoe poets je je tanden met een elektrische tandenborstel?

In dit artikel leren we je de beste manieren om een ​​elektrische tandenborstel effectief te gebruiken. Of je nu nieuw…

Recent Updates